Zomerse fietstocht

Het was nu al ontzettend warm. Gelukkig konden ze grotendeels door het bos fietsen. Gerrit zette zijn pet en zonnebril op en fietste naar de speelweide, die het startpunt van de fietstocht was. Het was half negen toen hij daar aankwam. Er was nog niemand. Ze zouden om negen uur vertrekken. Het leek wel een

1 aprilgrap, maar het was juni. Hij nam een slok water en zag een paar ouderen bezig met een wandeling. Hij pakte zijn telefoon. Geen gemiste gesprekken, geen tekstberichten. En voelde een zweterige hand in zijn nek. Het was Ilse. Ze had niks gehoord van de anderen. Dus reden ze kwart over negen weg. De schaduwen onder de bomen lachten hen vriendelijk toe. Na twintig kilometer vonden ze het genoeg, en ze spraken af om zaterdag weer samen te gaan fietsen. Zo’n groep gaf vaak alleen maar meer gedoe.

Schrijven met pet, 1 aprilgrap, wandeling en vriendelijk.

Marc