De bril

17 sep, 2018 | Monoloog, Theo Kleeven

Mijn bril kan ik niet missen. Zonder hem staar ik mij blind. Overal waar ik naar kijk, moet ik hem op hebben. Hij zit goed, vooral bij het lezen en schrijven. Dan staat en zit hij beter dan een wc-bril.

Hij hoort thuis in mijn brillenkoker. Deze moet voor mij altijd bereikbaar zijn. Ik moet hem altijd bij me hebben. De koker is het tehuis van de bril. Daarin woont hij. Zou ik mijn koker en mijn bril verliezen, dan zou ik geen raad meer weten.

Eens kom ik te overlijden. Mijn koker en mijn bril zullen dan een goede bestemming moeten hebben in mijn nalatenschap. Heb ik kinderen, dan zal een van hen die zo nodig erven.

Op alle dagen en tijden van het jaar zal ik ze ( bril en koker) nodig hebben. Ben ik thuis, dan bij het lezen. Nodig voor alles wat ik moet bekijken. Ook tijdens de zomervakantie. Dan zal ik ook moeten kunnen lezen en kijken. Misschien toch wat minder krachtig maar toch nodig.

Theo Kleeven

Uw commentaar verschijnt niet automatisch, maar wordt beoordeeld door de redactie…